Terug naar dertig
Door middel van een ingezonden stuk in het RD[1] merkte de heer P.J. Vergunst het een en ander op over de afschaling van de kerkdiensten tot het aantal van 30 bezoekers. Een pijnlijke gang van zaken, zo stelt hij. Pijnlijk, vooral voor eenzame ouderen, kwetsbaren, gezinnen met opgroeiende kinderen etc. De pijn die gevoeld wordt, aldus de heer Vergunst, mag ook worden uitgesproken en benoemd. Maar kennelijk behoort hij tot de positieve denkers onder ons: “Die pijn stimuleert tot gerichtheid op de ander binnen de mogelijkheden die er nog altijd zijn.” Zo wordt de pijn versluierd in een waas van solidariteit. En opvallend genoeg ontbreekt de notie ‘om zich te keren tot Dien Die slaat’. Hoezeer de pijn ook wordt gevoeld, we komen er niet mee op de goede plek. 'De HEERE der heirscharen zoeken zij niet'.[2]
Een drietal zaken vragen vervolgens nog de aandacht. Allereerst de opmerking van de heer Vergunst dat we niet geroepen zijn de overheid ongehoorzaam te zijn. Maar hier is toch het vierde gebod van de Wet des HEEREN, het Sabbatsgebod in het geding? Weegt dit niet veel en veel zwaarder dan de in wetenschappelijk opzicht twijfelachtige adviezen die de overheid aan de man probeert te brengen?
Een tweede opmerking betreft het overheidsoptreden. We hebben, aldus de heer Vergunst, te maken met ‘een overheid die het goede voor heel de samenleving zoekt, die in haar beleid een weg zoekt op het brede veld van gezondheid, economie en welzijn, die heeft te dealen met groepen mensen die zich niet laten gezeggen’.
Vertwijfeld heb ik mij afgevraagd hoe iemand dit in goede ernst aan het papier kan toevertrouwen. Heeft de heer Vergunst het overheidsbeleid in het algemeen beoordeeld op grond van de Heilige Schrift? Kleeft er in het licht van de Bijbel niet onnoemelijk veel bloed aan het overheidsoptreden, gelet op het dagelijkse aantal abortusmoorden? Hoeveel moorden worden niet gepleegd omdat euthanasie inmiddels een alleszins geaccepteerd verschijnsel is? Er mag zelfs geen kwaad woord van worden gezegd. Maar is het in overeenstemming te brengen met Gods Woord?
Ziet de heer Vergunst niet hoezeer de individualisering van de samenleving een fundamentele ontwrichting van de samenleving veroorzaakt? Ontgaat hem de uitholling van het gezin als hoeksteen van de samenleving door het emancipatorische overheidsbeleid? Draagt hij er geen kennis van dat de overheid niet schroomt om alleenverdieners jaar in jaar uit te bestelen?
En hoe beziet de heer Vergunst naar de norm van de Bijbel het non-discriminatiebeginsel dat van overheidswege steeds nadrukkelijker wordt doorgevoerd? Is het met Gods Woord in overeenstemming te brengen als mensen met een seksueel afwijkende gerichtheid volledig aanspraak kunnen maken op een volstrekt gelijke behandeling? Als ook hij dat uiterst laakbaar en volstrekt verwerpelijk acht, hoe kan hij dan spreken van 'een overheid die het goede zoekt voor heel de samenleving'?
Velen stellen de vraag: ‘Wie zal ons het goede doen zien?’ Het antwoord daarop wist David wel te geven: ‘Verhef Gij over ons het Licht Uws aanschijns, o HEERE!'[3]
Alleen dan kan een waardig getuigenis worden gegeven van de Naam en de grote Daden Gods.
En dan is het ons uiteraard bekend dat de overheid moet worden gehoorzaamd als dienaresse Gods.[4]
Maar het moet ons niet minder bekend zijn dat de overheid zich in de eindtijd met name kan manifesteren als dienaresse van de antichrist.[5] Laten wij ons hoogst actueel gewaarschuwd weten door het perspectief dat al in de Oudheid door Augustinus werd geschetst: ‘Als gerechtigheid er niet meer toe doet, wat zijn koninkrijken dan anders dan grote roversbenden?’[6]
Ten slotte nog een enkele opmerking over de eigenstandige positie van de kerk. Wordt die van overheidswege erkend als in voorkomende gevallen overleg plaats vindt van de minister van Justitie & Veiligheid, die tevens verantwoordelijk is voor de erediensten, met het Centraal Joods Overleg, het Contactorgaan Moslims en Overheid, de Hindoeraad, de Boeddhistische Unie en het Interkerkelijk Contact in Overheidszaken, het CIO? [7]
Zoiets moet toch te denken geven?
Terecht is de opmerking dat wij ‘onze’ vertegenwoordigers via sociale media niet moeten diskwalificeren als mensen die kerkelijk uitverkoop gehouden hebben. Dat neemt niet weg dat zij zich als vertegenwoordigers beschikbaar stellen om te functioneren in een organisatie waarin zij niet thuis horen.
In dat opzicht zullen de kerken op gereformeerde grondslag zich ernstig moeten beraden over de vraag of zij zichzelf niet diskwalificeren door zich aan te sluiten bij het CIO en zich door deze organisatie te laten vertegenwoordigen bij de burgerlijke overheid.
[1] RD 7 oktober 2020 – Opgemerkt – Terug naar dertig
[2] Jesaja 9:12
[3] Psalm 4:7.
[4] Romeinen 13.
[5] Openbaring 13.
[6] Aurelius Augustinus: De Civitate Dei, 4,4
[7] https://www.cioweb.nl/behoedzaam-vieren-van-geloof/
Reactie plaatsen
Reacties